Bewegingszones voor videodeurbellen en beveiligingscamera's gebruiken
Met bewegingszones kun je beter beweging detecteren in de gebieden die voor jou het belangrijkst zijn, en daarnaast het aantal ongewenste bewegingsmeldingen verminderen (zoals meldingen van voorbijrijdende auto's). Als je een Ring-apparaat op batterijen gebruikt, moet je mogelijk geavanceerde bewegingsdetectie inschakelen om bewegingszones te gebruiken.

Een bewegingszone toevoegen
Je kunt maximaal drie bewegingszones per apparaat toevoegen.
Open de Ring-app en ga naar hoofddashboard.
Tik op het pictogram Meer (•••) in het camerabeeld voor het apparaat dat je wilt openen.
Tik op de instellingen van je apparaat.
- Tik opBewegingsinstellingen.
- Tik opCamerabewegingszones.
- Tik opZone toevoegen.
- Versleep de punten om je grensgebied in te stellen en tik opOpslaan.
Bewegingszones bewerken
Open de Ring-app en ga naar hoofddashboard.
Tik op het pictogram Meer (•••) in het camerabeeld voor het apparaat dat je wilt openen.
Tik op de instellingen van je apparaat.
- Tik opBewegingsinstellingen.
- Tik opZones bewerken.
- Tik op de Zone die je wilt aanpassen
- Versleep de punten om je grensgebied in te stellen en tik opOpslaan.
Bewegingszones optimaliseren
Tips om bewegingszones op je videodeurbel of beveiligingscamera te optimaliseren.
Maak het beeld van je Ring-apparaat zo duidelijk mogelijk: je camera kan ongewenste bewegingsmeldingen activeren door bijvoorbeeld bewegende bomen, zonlicht, reflecties of schaduwen. Om minder van dit soort meldingen te krijgen, pas je de bewegingszones van je camera aan, snoei je takken in de buurt van het apparaat of verplaats je de camera.
Let op gebieden met veel beweging: het standaard maximale detectiebereik voor Ring-apparaten is 9 meter, maar grotere objecten op afstand, zoals voertuigen, kunnen nog steeds een bewegingsmelding veroorzaken. Let op gebieden met veel verkeer, zoals drukke straten of stoepen. Als je te veel bewegingsmeldingen ontvangt van het Ring-apparaat, kun je de bewegingszones aanpassen zodat deze gebieden erbuiten vallen.
Sluit gebieden uit die je niet wilt controleren: bepaal langs welke paden mensen waarschijnlijk lopen om het apparaat te benaderen. Teken vervolgens de bewegingszones opnieuw om gebieden uit te sluiten waar zelden mensen komen, zoals achter gesloten hekken, heggen of muren.
Schakel geavanceerde bewegingsdetectie in: als je een Ring-apparaat op batterijen gebruikt, moet je mogelijk Geavanceerde bewegingsdetectie inschakelen. Kom meer te weten over bewegingsdetectie.